Wonen

Gewoond wordt er in Den Haag al vanaf de prehistorie. Rond 3800 voor Chr. leven enkele families in de buurt van het huidige Ypenburg. Hun boerderijen staan hooggelegen op de flank van een duin, prettig beschut tegen de zeewind.

De groei van het huidige Den Haag begint in de Middeleeuwen. In de 13de eeuw vestigt de graaf van Holland zich op de rand van een oude strandwal, het begin van het Binnenhof. Edelen en hoge ambtenaren willen in de buurt van het hof wonen en laten op de Vijverberg en het Voorhout stadspaleisjes bouwen. Even verderop, in het gebied rond de Grote Kerk, komt het dorp Die Haghe tot bloei. Hier wonen de ambachtslieden en neringdoenden.      

Typisch Haags zijn de begrippen ‘zand en veen’ die verwijzen naar de ondergrond waarop de stad is gebouwd, maar ook naar de tegenstelling tussen rijk en arm. Vooral in de 19de eeuw ontstaat een scheiding: in noordwestelijke richting worden voor de elite wijken aangelegd op goede zandgronden, terwijl aan de zuidoostelijke kant van de stad op de veengronden arbeiderswijken verrijzen.     

Wonen

1974 – Charlotte de Bourbonstraat

Sluiten

Bezuidenhout C met aanleg Prins Bernhardviaduct. Luchtfoto uit 1974
collectie Haags Gemeentearchief

Op 3 maart 1945 is het Bezuidenhout per vergissing gebombardeerd door de Engelsen. De gaten in de bebouwing die dit opgeleverd heeft zijn in de jaren zeventig nog steeds niet allemaal gedicht.

Het gebied naast het station is door de stedebouwkundige ontwikkelingen van na de Tweede Wereldoorlog ingesloten, zo is een stedelijk eiland ontstaan dat Bezuidenhout C – de woonwijk met de centrale as Charlotte de Bourbonstraat – wordt genoemd.

Bekijk in Streetview

Haagse kaart

Hier ontdekt u de groei van Den Haag door de eeuwen heen. Daarmee krijgt u inzicht in 6000 jaar Haagse geschiedenis; van de prehistorie, het ontstaan van het Binnenhof tot nu.

In de kaart vindt u de historische collecties van de stad. Per tijdvak of per thema maakt u kennis met bijzondere voorwerpen, schilderijen, archeologische vondsten en gebouwen.